Theatermaker Sadettin K. over ‘1000+1 nacht’

Theatermaker Sadettin K. over ‘1000+1 nacht’

Blog

Door Yvon van Apeldoorn & Luuk Verpaalen

Acteur en theatermaker Sadettin Kırmızıyüz houdt van vertellen. Onder de vlag van zijn stichting SADETTIN K maakt hij ‘verhalende monologen’, waarin hij zijn eigen ervaringen verbindt met maatschappelijke en universele thema’s. Zoals bijvoorbeeld zijn bejubelde voorstelling Citizen K, waarin hij vanuit zijn persoonlijke verhaal als kind van Turkse arbeidsmigranten pijnlijk duidelijk maakt hoe het zit met racisme en identiteitspolitiek in Nederland. Momenteel staat Sadettin in het theater met de hartverwarmende familievoorstelling 1000+1 nacht, die hij maakte samen met De Toneelmakerij onder leiding van Paul Knieriem. Een hedendaagse raamvertelling, geïnspireerd op de eeuwenoude verhalen van Duizend-en-een-nacht.

Hoe is het idee voor deze voorstelling ontstaan?
“De Toneelmakerij maakt ieder jaar een grote familievoorstelling, telkens in samenwerking met een andere maker of een ander gezelschap. Een jaar of drie geleden vroeg Paul – we kennen elkaar al een tijd en hebben een goede klik – of ik met SADETTIN K wilde meewerken. We dachten aan Duizend-en-een-nacht, omdat die verhalen zich uitstekend lenen voor een familievoorstelling. Maar we vroegen ons ook af: is dat vandaag de dag eigenlijk nog wel oké? Is het niet te oriëntalistisch? Zijn de verhalen niet te gedateerd? Daarom hebben we een eigen variant gemaakt. Sophie Kassies heeft een heel mooi eigentijds verhaal geschreven, opgebouwd uit elementen uit de verhalen van Duizend-en-een-nacht.”

De voorstelling begint heftig, met een auto-ongeluk.
“Ja. Er is een klap en het volgende moment is het publiek getuige van een ziekenhuissetting. Layla ligt in coma, moeder Noor is dood, vader Ersin is radeloos van verdriet. Hij weet niet wat hij moet doen en vreest dat hij de situatie niet aankan. Maar dan hoort hij de stem van zijn overleden vrouw, die hem opdraagt een verhaal te vertellen aan Layla, om ervoor te zorgen dat ze in leven blijft. Schoorvoetend doet hij wat ze vraagt. Hij begint bij Sjeherazade, die een verhaal moet vertellen aan de koning, en vervolgens ontrolt zich het verhaal over prinses Sjamsa, die aan haar vader ontsnapt omdat ze niet wil worden uitgehuwelijkt. In het hoofd van Layla, diep in slaap, beginnen de echte wereld, met de artsen en het ziekenhuispersoneel, en de fantasiewereld, bevolkt door djinns, prinsessen en tovenaars, door elkaar te lopen.”

Jij speelt de vader?
“Ja, ik ben Ersin, of ‘meneer Yilmaz’, de vader van Layla. Daarnaast speel ik nog twee andere personages in het verhaal. Alle acteurs op het toneel spelen meerdere rollen. De voorstelling is ook heel genderfluid; mannen spelen vrouwen, vrouwen spelen mannen, mensen spelen dieren.”

Veel omkleden in de coulissen, dus?
“O, je hebt geen idee! Wat er achter het toneel gebeurt is eigenlijk nog spannender dan wat er op het toneel gebeurt; er wordt gerend, mensen helpen elkaar, we dragen verschillende lagen kleren over elkaar… Sommige verkledingen zijn echt heel spectaculair. Net als de decorwisselingen; er komen attributen naar beneden, ziekenhuisbedden veranderen in boten en een eiland, dekens en gordijnen worden gewaden en tulbanden. Er zijn zeven mensen keihard aan het werk achter de schermen.”

In bijna alle recensies lees ik lovende woorden over het spel van Denise Aznam.
“Dat komt omdat ze extréém grappig is, alleen al voor haar zou je naar de voorstelling moeten komen kijken. Ze speelt de schoonmaker in het ziekenhuis en ook de timmerman die de prinses gaat zoeken. Vooral de schoonmaker, een dikke man met een snor, is hilarisch. Dat typetje is gewoon zo geestig! Tijdens de repetities lagen we de hele tijd in een deuk. En ook op het toneel kan ik mijn lachen niet inhouden, ik probeer het niet eens.”

Je wordt in de media vaak aangeduid als ‘meesterverteller’. Waar komt jouw fascinatie voor verhalen vandaan?
“Het is me met de paplepel ingegoten. Ik heb een Turkse achtergrond, mijn familie kent een lange orale traditie. Het is onze manier om de geschiedenis door te geven en levend te houden. De overleveringen, de verhalen over mijn grootouders en hun (groot)ouders zijn in onze familie altijd heel belangrijk geweest, ook voor mij. Mijn voorstellingen zijn daarom ook altijd heel verhalend, ik heb een vertellende speelstijl. En ik praat gewoon heel graag.

In deze voorstelling zegt moeder Noor op een bepaald moment: ‘Verhalen en herinneringen, dat is wat de mens is.’ Dat wij elkaar verhalen kunnen vertellen onderscheidt ons van andere levende wezens. Yuval Harari zegt het ook in zijn boek Sapiens: het grote verschil tussen mensen en apen is dat mensen verbeelding hebben en taal om die verbeelding met elkaar te delen.”

Kunnen verhalen de wereld redden?
“Ik heb lang gedacht dat we met theater en kunst de wereld kunnen redden, maar dat denk ik niet meer. Voor wat er nu bijvoorbeeld in Gaza aan de hand is zijn echt concretere manieren nodig. Maar verhalen hebben wel een heel belangrijke functie in het leven van mensen. Om levenslessen door te geven, om ergens iets van op te steken, om dingen anders te zien en begrip te kweken voor andere perspectieven. Het theater is een veilige plek om hardop gedachten te uiten, om in gesprek te gaan met je publiek, ook al is het dan – zoals toneelschrijver Rob de Graaf zegt – een beetje een gek gesprek, omdat de gesprekspartner geacht wordt niet terug te praten.”

Hoe behandel je eigenlijk zo’n pittig onderwerp – ongeluk, dood, coma – voor zo’n jong publiek?
“Dat is zo tof aan het Nederlandse jeugdtheater: het neemt kinderen heel serieus en is niet huiverig om zware thema’s aan te snijden. Kinderen kunnen veel meer aan dan vaak gedacht wordt. Onze dochter van vier is momenteel toevallig veel bezig met de dood. In de herfstvakantie keken we met het gezin naar de film The Lion King en na afloop zei ze: ‘Mufasa is dood, hè. En Scar is dood, en de moeder in jouw theater is ook dood.’ Ze gaat er op haar eigen manier mee om, voor kinderen is het heel gewoon dat de dood bij het leven hoort.

Maar ondanks het verdrietige gegeven is 1000+1 nacht geen zware voorstelling, hoor! Het is juist heel luchtig en vrolijk en het ziet er fantastisch uit, met de kostuums, het decor en het licht. Het is een hele mooie voorstelling over de kracht van verbeelding, waar zowel voor kinderen als volwassen heel veel uit te halen is.

De Toneelmakerij | Sadettin K. - 1000+1 nacht

De Toneelmakerij | Sadettin K. - 1000+1 nacht

De verhalen van Duizend-en-een-nacht kennen we vooral van de sprookjesachtige Disney-films. De Toneelmakerij en meesterverteller Sadettin Kırmızıyüz gebruiken de eeuwenoude vertellingen als inspiratie voor de nieuwe muzikale familievoorstelling 1000+1 nacht. De voorstelling is te zien op zondag 17 december. Meer info & tickets.

Schrijfster Sophie Kassies over 1000+1 nacht

Toen Sophie Kassies gevraagd werd om van de verhalen van Duizend-en-een-nacht een toneelbewerking te maken, wisten Sadettin Kırmızıyüz en Paul Knieriem al dat er een connectie met het heden moest zijn. De setting van het ziekenhuis hadden ze ook al bedacht en voor Kırmızıyüz moest het natuurlijk gaan over iemands leven redden met het vertellen van verhalen. Kassies: “Dat idee beviel me direct ontzettend goed. Maar wat ik er nou precies zo goed aan vond, daar kreeg ik in eerste instantie de vinger niet achter. Tot ik me realiseerde dat het eigenlijk heel simpel was: het is de klinische, steriele ziekenhuiswereld tegenover die rijk gestoffeerde verhalen van Duizend-en-een-nacht. Dat is gewoon een waanzinnig goed contrast.”

“Maar er was nog een ander contrast, dat van de wetenschap versus de verbeeldingskracht. Ik vind dat een volstrekt raadselachtig probleem. Ik weet bijvoorbeeld dat verbeeldingskracht helpt bij het beter worden van patiënten. Maar hoe werkt dat? Wat is geest? Het heeft iets met visualisering te maken, met dat wonderlijke gebied waar we geen grip op kunnen krijgen. Ik heb met mijn man veel discussies gehad over het boek Wij zijn ons brein, waarin schrijver Dick Swaab stelt dat vrije wil een illusie is. Maar in mijn beleving heb ik wel degelijk een vrije wil. Ik kan met mijn geest invloed uitoefenen op mijzelf. Ik wist dus dat ik iets wilde met geest versus wetenschap.

Ik ben toen die drie dikke pillen van Duizend-en-een-nacht gaan lezen. Daarin staan een aantal verhalen over een djinn, een vrouwelijke geest, die een affaire krijgt met een mens. Toen dacht ik: dat moet ik hebben! Ik moet een geest en een mens laten samenvloeien. Of beter misschien: een geest en de materie. Daarna ben ik gaan schrijven. De tekst bestaat uit allemaal losse elementen die ik her en der uit die enorme hoeveelheid verhalen heb geplukt. Alleen het verhaal dat Sjeherazade vertelt in de voorstelling heb ik zelf verzonnen, de rest is min of meer authentiek.”