Ontmoet de musici van Fuse!
Fuse, huisband van Podium Klassiek, winnaars van de Edison Klassiek Publieksprijs en vaandeldragers van een nieuwe generatie klassieke musici, is dit seizoen SPOT Artist in Residence. Tijdens drie programma’s werkt de groep samen met gastartiesten uit verschillende muziektradities. Een uitgelezen kans dus om deze Nederlandse superformatie in al haar verschillende hoedanigheden te ervaren. Wie zijn deze zes musici? SPOT stelt ze aan je voor.
Jullie hebben met Fuse vast heel veel gedenkwaardige optredens gehad. Als je er één moet kiezen, welk optreden is dat?
“Het optreden in de grote zaal van het Concertgebouw na de lockdown in 2022 was voor mij een gedenkwaardig moment. Het belang van ons publiek, de unieke wisselwerking tussen ons en hen werd me heel erg duidelijk op het moment dat we ons eerste stuk voor de zaal met echte (geen virtuele) mensen speelden. Ik hield het haast niet droog, ik had ze zo gemist.”
Wat is jouw guilty pleasure-nummer op de viool?
“Wij speelden in het eerste jaar dat we samen waren Smooth Criminal van Michael Jackson. Ik speelde de gitaarsolo van dat nummer op viool en ben op een avond zelfs op m’n knieën gegaan. Dat was wel echt een guilty pleasure, de droom van een meisje-met-borstel voor de spiegel.”
Heb je een ritueel voor je het podium opgaat?
“Mijn haar en make-up doen is een momentje helemaal voor mezelf. Dat is een ritueel dat misschien ijdel overkomt, maar het is vooral een ogenblik van bezinning.”
Jullie hebben met Fuse vast heel veel gedenkwaardige optredens gehad. Als je er één moet kiezen, welk optreden is dat?
“Het optreden in de grote zaal van het Concertgebouw na de lockdown in 2022 was voor mij een gedenkwaardig moment. Het belang van ons publiek, de unieke wisselwerking tussen ons en hen werd me heel erg duidelijk op het moment dat we ons eerste stuk voor de zaal met echte (geen virtuele) mensen speelden. Ik hield het haast niet droog, ik had ze zo gemist.”
Wat is jouw guilty pleasure-nummer op de viool?
“Wij speelden in het eerste jaar dat we samen waren Smooth Criminal van Michael Jackson. Ik speelde de gitaarsolo van dat nummer op viool en ben op een avond zelfs op m’n knieën gegaan. Dat was wel echt een guilty pleasure, de droom van een meisje-met-borstel voor de spiegel.”
Heb je een ritueel voor je het podium opgaat?
“Mijn haar en make-up doen is een momentje helemaal voor mezelf. Dat is een ritueel dat misschien ijdel overkomt, maar het is vooral een ogenblik van bezinning.”
Welke rol speel jij als altviolist in Fuse? Die van verbinder? Stille kracht?
“Het leuke van spelen in Fuse is dat ik alles kan zijn; alle rollen – die van verbinder, stille kracht, gierende solist, wat dan ook – gaan door de hele groep.”
Er bestaan nogal wat grapjes over altviolisten. Wat is de leukste die jij kent?
“De beste altvioolmoppen zijn een soort korte verhalen waaruit de rijkgeschakeerde en ondoorgrondelijke geest van De Altviolist naar voren komt. Maar het raadsel dat deze geest samenvat is: Hoe kun je zien of het podium waterpas staat?
Antwoord: Als bij de altviolist het kwijl uit beide mondhoeken tegelijk stroomt.”
Naar welke muziek luister jij in je vrije tijd?
“Ik ben gek op Mozart en Beethoven en luister vaak naar klassieke muziek. Maar eigenlijk bestaat er maar weinig muziek waar ik niet graag naar luister. Vlak voor mijn eerste kind werd geboren, vier herfsten geleden, kwam het nieuwste album van Adele uit en dat hebben we die winter thuis heel vaak gedraaid, op de platenspeler die we als huwelijkscadeau hadden gekregen van de rest van Fuse.”
Welke muziek draaide jij als kind grijs?
“Als tiener zat ik vaak in de trein van Groningen naar Amsterdam, dan luisterde ik cd’s (op een discman!) van mijn idolen, zoals Maxim Vengerov of Janine Jansen en fantaseerde ik dat ik in een concertzaal die muziek stond te spelen.”
Als je van jouw favoriete violisten er één moet noemen, wie kies je dan?
“Michael Cleveland, de beste bluegrass-violist die ik ken. Ik zou zo graag willen kunnen wat hij kan, maar het is een totaal andere stijl en manier van spelen.”
Is er naast muziek maken nog iets anders dat je graag doet?
“Koken en uit eten gaan! Ik ben een fanatiek volger van sport, zit graag in het theater bij allerlei verschillende voorstellingen en concerten, en sinds kort speel ik regelmatig escape-roomspellen thuis: een avond lang puzzelen en je hersens kraken, ook superleuk.”
Wat was het moment dat jij dacht: ik wil contrabas spelen?
“Ik zat in Groningen bij Café de Beurs op de Vismarkt en hoorde daar een jazzplaat die ik herkende van thuis. Ineens dacht ik: dit is te gek zeg. Ik speelde als kind viool en op dat moment net basgitaar. Die twee kwamen samen bij de contrabas.”
Wat is jouw favoriete baslijn aller tijden?
“Mijn favoriete baslijn is een geimproviseerde. Zoals Israel Crosby walking bass speelt in het Ahmad Jamal Trio is voor mij het summum. Ik hoor het als melodieën in de onderkant van de harmonie. Luister naar Broadway op Ahmad Jamal’s livealbum Alhambra; contrapunt op zijn best en dan ook nog met enorme groove.”
Je hebt in Groningen gestudeerd: wat is jouw leukste herinnering aan die tijd?
“Eindeloos veel avonden hangen en spelen op de jamsessies in De Spieghel en De Smederij. Dat was enorm inspirerend. Eerst luisteren naar een geweldige openingsset en daarna zelf mee mogen spelen op de sessie.”
Wat geeft jou de meeste energie tijdens een optreden?
“De ogen van de andere Fuse-leden. Je kijkt elkaar aan en je ziet die blikken gaan van: Ha, ik hoorde wat je deed net, ik doe met je mee, ja leuk! Ja zo! Let’s go!”
Met wie zou je ooit een keer samen willen spelen (levend of dood, maakt niet uit)?
“Op mijn lijstje van dode mensen die ik in een droom zou willen ontmoeten staan vooral componisten, iemand als Igor Stravinsky. Het lijkt mij zó fascinerend om hem zijn eigen muziek te zien dirigeren en dat ik dan mag meespelen. Of Leonard Bernstein, ook zo’n voorbeeld van iemand waarvan ik benieuwd zou zijn naar z’n energie op
het podium.”
Als jouw cello een karakter uit een film of boek zou zijn, wie zou het dan zijn?
“Konstantin Levin, de man van Anna Karenina uit de gelijknamige roman van Tolstoj. Een ietwat sociaal onhandige man die voortdurend probeert om op zoek te gaan naar de kern en van daaruit een zo oprecht en productief mogelijk leven probeert te leiden.”
Er wordt wel gezegd dat drummers ook buiten hun band gangmakers zijn. Geldt dat ook voor jou?
“Voor mij is dat verschil tussen binnen of buiten de groep niet zo groot. Ik haak graag aan bij andere gangmakers en vind het ook leuk om zelf een feestje te geven. In Fuse is dat niet anders; soms zet ik mijzelf op de achtergrond met een zacht tikje op een paar bekkens, in andere stukken ben ik de ritmische gangmaker en is de rest van Fuse aanwezig op dat feestje. Buiten de band om ben ik overigens wel heel erg te porren voor een gezellige nazit of borrel!”
Wat vonden de buren ervan toen jij als kind leerde drummen?
“Ik had het geluk dat we een vrijstaand huis hadden en ik in de kelder kon drummen. De keren dat ik de buren erover hoorde was het altijd aanmoedigend. Ze vonden het juist leuk dat ik al zo jong (5 jaar) zo vaak aan het drummen was. Mijn ouders hebben één keer gevraagd of ik misschien even kon stoppen met spelen toen ik drie keer achter elkaar The Black Album van Metallica volledig meedrumde. Dat snap ik achteraf helemaal!”
Als je van jouw favoriete drummers er één moet noemen, wie kies je dan?
“Ik heb als tiener heel erg veel geluisterd naar Dave Weckl, een Amerikaanse meesterdrummer in de jazz/fusion. Hij heeft een hele goede techniek en is super precies; dat was een goed voorbeeld om te hebben. Tegenwoordig haal ik inspiratie uit verschillende spelers: voor originele springerige ritmes Ringo Starr, enorme diepte in grooves bij Steve Gadd en Jeff Porcaro, dynamisch spel en brushes bij Brian Blade en Bill Stewart, drumsolo’s van tien minuten bij Simon Phillips. Overigens denk ik als ik soleer vaak stiekem in melodietjes en is mijn grootste muzikale held juist een pianist: Chick Corea.”





