Amsterdam Sinfonietta
De vier jaargetijden van VIvaldi
De klassieker onder de klassiekers
The classic among the classics
Als er één muziekstuk is dat bijna iedereen weleens gehoord heeft, dan is het De Vier Jaargetijden van Vivaldi. Al in zijn tijd was het in 1723 voltooide werk enorm populair en daar is ruim driehonderd jaar later niets aan veranderd. De Vier Jaargetijden bestaat uit vier korte vioolconcerten, waarin Vivaldi op magistrale wijze beelden oproept van kabbelende beekjes, zingende vogels, een blaffende hond, zoemende vliegen, onweersstormen, bevroren landschappen en een gezellig knapperend wintervuur.
In het gracieuze, twaalfdelige Concerto grosso in c van Locatelli – net als tijdgenoot Vivaldi een briljant violist – kunnen de musici schitteren in korte solopassages. Amsterdam Sinfonietta laat je het elfde deel horen. In Divertimento, een van de grote strijkerswerken van de twintigste eeuw, mengt Bartók volksdansen met barokke elementen. De luchtige, zelfs swingende delen vormen een groot contrast met het trage, ijzingwekkende middendeel, dat daardoor nog meer diepte krijgt.
Programma:
Pietro Locatelli (1695-1764)
Concerto grosso op.1 nr. 11 in g
Béla Bartók (1881-1945)
Divertimento voor strijkers
Antonio Vivaldi (1678-1741)
De vier jaargetijden
leiding en viool: Candida Thompson

If there is one piece of music that almost everyone has heard at one time or another, it is Vivaldi’s The Four Seasons. Even in his day, the work completed in 1723 was hugely popular, and nothing has changed in that regard more than three hundred years later. The Four Seasons consists of four short violin concertos, in which Vivaldi magisterially conjures up images of babbling brooks, singing birds, a barking dog, buzzing flies, thunderstorms, frozen landscapes and a cozy crackling winter fire.
In the graceful, twelve-part Concerto grosso in c by Locatelli – a brilliant violinist like his contemporary Vivaldi – the musicians can shine in short solo passages. Amsterdam Sinfonietta lets you hear the eleventh movement. In Divertimento, one of the great string works of the twentieth century, Bartók mixes folk dances with Baroque elements. The breezy, even swinging movements form a great contrast to the slow, chilling middle movement, which thus gains even more depth.
Pietro Locatelli (1695-1764)
Concerto grosso op.1 no. 11 in g
Béla Bartók (1881-1945)
Divertimento for strings
Antonio Vivaldi (1678-1741)
The Four Seasons
direction and violin: Candida Thompson
Translated with DeepL.com (free version)