Ontmoet onze nieuwe theater- programmeurs: think global, act local

Ontmoet onze nieuwe theater- programmeurs: think global, act local

Blog

Het duurde even, maar dan heb je ook wat. Per oktober treden Anneke Jansen (rechts) en Jantien Kurpershoek (links) aan als theaterprogrammeurs en nemen daarmee het stokje over van Henk Kuiper, die dit voorjaar afzwaaide. Met hun komst is het programmeursteam van SPOT Groningen weer op volle sterkte.

Anneke Jansen (1976) was de afgelopen jaren werkzaam als projectmanager, directeur, curator, bestuurslid en adviseur in diverse functies in de culturele sector. In 2006 was ze medeoprichter van het Amsterdam Fringe Festival, dat zich onder haar hoede ontwikkelde tot een belangrijk onafhankelijk platform voor internationaal cross-over theater, kleinkunst en dans. In juni 2017 trad Jansen aan als directeur van Asko|Schönberg, een ensemble voor nieuwe muziek dat de laatste jaren veelvuldig samenwerkt met het Noord Nederlands Toneel en Club Guy & Roni.

Anneke: “Toen ik ruim vier jaar geleden begon bij Asko|Schönberg had iedereen zoiets van: hè, jij bent toch van theater? Ik ben opgegroeid in de Achterhoek en zat als kind bijna iedere woensdagmiddag in Schouwburg Amphion in Doetinchem. Daarnaast heb ik van mijn derde tot mijn negentiende in koren gezongen en mede daardoor ben ik groot geworden met musicals.

Als tiener was ik helemaal geobsedeerd door Gerrit Komrij’s vertaling van Cats. Omdat Komrij ook veel theaterstukken heeft vertaald, ben ik toneelteksten gaan lezen en ben ik in Utrecht zowel Nederlandse taal- en letterkunde als Theater-, Film- en Televisiewetenschap gaan studeren. Ik zat in die tijd vaak in het U-theater Studio T, waar ik met medestudenten producties aan het maken was. Gewoon, dingen uitproberen.”

Je was dus ook een maker?
“Ja, ik heb ook een vooropleiding Acteur gedaan. Niet omdat ik per se op het podium wilde staan, absoluut niet, maar omdat ik alle aspecten van het theatervak wilde doorgronden. Ik heb ook een tijdje geregisseerd. Uiteindelijk bleek ik programmeren het allerleukste te vinden. Dat begon toen ik in 2005 werd benaderd door Jeffrey Meulman, in de jaren negentig programmeur van de Stadsschouwburg Groningen en Noorderzon en toen net directeur van het Nederlands Theater Festival. Hij was op zoek naar een nieuwe producent. We spraken af in een café en op een gegeven moment zei Jeffrey: ‘Ik denk niet dat jij de producent bent die ik zoek, maar zou je het leuk vinden om samen een aan het Theater Festival gekoppeld Fringe Festival op te zetten?’ Dus ik zei: ‘Ja, supertof’. Om vervolgens keihard naar huis te racen en op te zoeken wat een Fringe eigenlijk was. Gevalletje blufpoker.”

“Zo is het Amsterdam Fringe Festival begonnen, in een tijd dat cultureel ondernemerschap nog vloeken in de kerk was. Het is mooi om te zien hoe veelbelovende jonge talenten die in het vlakkevloercircuit niet aan bod kwamen, mede via ons voet tussen de deur kregen in theaterland. Ze konden kilometers maken, in Nederland, maar ook internationaal – we werkten samen met acht internationale Fringe Festivals. Soms slaat een artiest in Nederland niet aan, maar in het buitenland juist wel. En andersom is het zo dat als jij als maker in New York en Los Angeles hebt gestaan, programmeurs en recensenten ineens wel naar je komen kijken. Acts als Lisa Loeb, Yentl & De Boer, Circus Treurdier en Club Gewalt hebben via de Fringe hun weg gevonden. En ik heb er als programmeur een groot, internationaal netwerk opgebouwd.”

Jantien Kurpershoek (1991) noemt zichzelf een culturele veelvraat. Film, muziek, boeken en musea, maar vooral theater. Daarin komt alles samen. Kurpershoek woont sinds haar twaalfde in Groningen en voelt zich zeer verbonden aan de stad. Ze studeerde Kunsten, Cultuur en Media aan de Rijksuniversiteit Groningen en richtte samen met Nynke Stellingsma en Karin Noeken De Wijk De Wereld op, vanuit de behoefte aan een grotere diversiteit aan verhalen en bezoekers in de Stadsschouwburg. Bij De Wijk De Wereld is Kurpershoek werkzaam als dramaturg.

Jantien: “Ik heb na de middelbare school eerst een jaar het conservatorium gedaan, maar het vak van uitvoerend musicus was niet mijn roeping. Dus ben ik op zoek gegaan naar een andere studie. Op een gegeven moment zat ik bij een introductiecollege van Kunsten, Cultuur en Media. Daar werd de vraag gesteld: wat betekent kunst voor de samenleving? Theater,  muziek, beeldende kunst, literatuur, noem maar op. Dat vond ik zo’n fascinerende vraag om me mee bezig te houden. Ik werkte in die tijd in de horeca in de Stadsschouwburg. Overdag volgde ik colleges, ‘s avonds kon ik achter de schermen meegenieten van de voorstellingen. Na afloop stond ik vaak in de garderobe en als bezoekers dan hun jas kwamen ophalen, vroeg ik soms  hoe hun avond was geweest. Het viel me dan op dat veel mensen echt de tijd namen om eerlijk en zorgvuldig hun mening te geven. Ook als die niet positief was. Later ben ik inleidingen gaan verzorgen, waardoor ik ook heel veel voorstellingen kon zien.”

Waarom is dit jullie droombaan, om dat woord er dan maar in te gooien?

Anneke: “Tja, ik zou werkelijk niets kunnen verzinnen waarom ik dit níet zo willen. Het is alsof je als kind in de snoepwinkel wordt gezet en je mag kiezen wat je maar wilt. Ik heb zeventien jaar in Amsterdam gewoond, maar de Stadsschouwburg Groningen is het leukste theater van Nederland. Ja, echt! Ik weet niet precies wat dat is met Groningen. Het publiek is warm, trouw en staat open voor experiment en avontuur. Dat hoor je ook van artiesten.” Jantien: “Groningen heeft iets anarchistisch.”

Maar is dat dan anders in – ik noem maar wat – Maastricht, Eindhoven of Amsterdam?
Anneke: “Ja toch wel. Dat heeft denk ik alles te maken met de lijn die door Jacques van Veen, Jeffrey Meulman en René van der Pluijm is neergezet en de afgelopen elf jaar door Henk Kuiper is doorgetrokken. Die hebben met hun hoogstaande, eigenzinnige programmering altijd gezorgd voor een beetje anarchie. Jantien: “Dat eigenzinnige zit in het DNA van de stad. Groningers hebben een ‘doe-maar-gewoon-dan-doe-je-al-gek-genoeg-imago’ aan hun kont hangen. Maar in die veronderstelde stugheid zit iets wat ik eerder een gezond portie eigenwijsheid zou noemen. Kijk naar Simplon, Vera, Grand Theatre, het Groninger Museum en Noorderzon: die hebben ook dat anarchistische, eigenwijze randje. Anneke: Tegelijk is een bezoek aan de Stadsschouwburg ook gewoon een gezellig avondje uit.” Jantien: “Het is echt een plek van en voor alle Groningers.”

Dat ‘voor alle Groningers’ hoor ik vaker, maar is dat ook echt zo?
Anneke: “Ja natuurlijk. Ik denk dat als morgen wordt besloten de schouwburg te sluiten er nog dezelfde avond een opstand uitbreekt. Maar ik ben het met je eens dat we dat gevoel nog meer zouden kunnen uitdragen. Iedereen moet zich hier thuis kunnen voelen, maar als je niet bent opgegroeid met theater, kan de drempel best hoog zijn.”

Kunst is natuurlijk ook best een beetje elitair. Als ik in het theater zit of door een museum loop, moet ik soms best moeite doen om aan te haken, om mee te gaan met wat de kunstenaar mij wil vertellen. Niet iedereen heeft daar zin in. Of herkent zich in de verhalen.
Jantien: “Wat mij betreft stoffen we dat elitaire imago van theater volledig af. Het idee dat theater voor de elite is, is echt niet meer van deze tijd. Steeds meer mensen zullen zich herkennen in een van de verhalen, omdat de diversiteit van de verhalen die op het toneel verteld worden de laatste jaren veel groter is geworden. Er wordt, veel meer dan eerder het geval was, theater gemaakt vanuit verschillende perspectieven; er zijn steeds meer stemmen te horen. De kans is dus groter dat je herkenning zult vinden. Ik denk dat dat ook zal helpen om daarnaast aan te kunnen haken bij een verhaal dat verder van je afstaat. Dat is niet elitair, dat is wat mij betreft op de mooist mogelijke manier meemaken dat we in een wereld leven die uit een rijkdom aan verhalen bestaat.”

Anneke: “Wat ik tijdens mijn Fringe-tijd heb gemerkt is dat mensen graag verrast willen worden, iets nieuws willen ervaren. En ja, dat mag ook gewoon leuk zijn. Je kunt er heel gewichtig over doen, maar in de tijd van Shakespeare werd er gewoon gegeten en gedronken in de zaal en liepen de hoeren tussen het publiek door. Het hoeft allemaal niet zo statisch en opgedirkt.” Jantien: “Je mag ook gewoon in je spijkerbroek komen. En je hoeft na afloop niet allerlei bijdehante dingen over de voorstelling te zeggen. Hoe is dat idee überhaupt ontstaan?”

Wat is eigenlijk de taak van kunst? Ik hoor vaak dingen als herkenning, een spiegel voorhouden…

Jantien: “Nou, die spiegel vind ik een beetje een lastige hoor. Kunst geeft mij toegang tot het verhaal van de ander. Met dans, theater, muziek, film of wat dan ook kan ik jou iets vertellen over wie ik ben of hoe ik naar de wereld kijk. Dat is geen taak van kunst, dat is wat kunst is. Al vanaf de eerste grottekeningen.”

Anneke: “Ik heb in Zuid-Afrika een bezoek gebracht aan The Cradle of Humankind, de plek waar de mensheid zou zijn ontstaan. Daar zijn tentoonstellingen over de reis van de mensheid door de eeuwen heen. Dan zie je grottekeningen die gemaakt zijn ver voor de tijd dat de mens dieren domesticeerde en er nederzettingen ontstonden. Kunst, verbeelding, verhalen vertellen; dat is zoiets fundamenteel menselijks. Zeker in deze tijd is het goed om daar aan herinnerd te worden. Je zou denken dat we door internet alle perspectieven overzien, maar vaak worden we juist onze eigen bubble ingetrokken. Als je een avond naar het theater gaat, zie je allemaal dezelfde voorstelling, maar iedereen ervaart die op zijn eigen manier. Die connectie, dat samen ervaren, is heel wezenlijk.” Jantien: En dan is het zo gaaf dat we een plek hebben waar dat kan. Zonder te zeggen:je moet er iets van leren. Nee, kom het gewoon meemaken. Vanuit speelsheid.” Anneke: “Zoals kinderen dat doen. Verhalen bedenken, fantaseren dat je iemand anders bent. Je verplaatsen in een totaal andere situatie. Jantien: “Wij worden gedwongen om na te denken over de functie van kunst. Het moet allemaal verantwoord worden. Maar laten we gewoon vieren dat we het met elkaar kunnen meemaken.”

De functie van theaterprogrammeur is met jullie komst een duobaan geworden. Wie gaat zich met wat bezighouden?

Anneke: “Wat heel belangrijk is, is de verbinding met stad en provincie. We willen ook mensen bereiken die zich nog niet welkom voelen in het theater. Voor wie de drempel van de Stadsschouwburg nog te hoog is. Dat is iets waar Jantien met De Wijk De Wereld al vier jaar mee bezig is. Ik zal wat meer op de nationale en internationale kant zitten, met Jantien is de regionale inbedding geborgd. Hoewel het in praktijk door elkaar zal lopen. Think global, act local. Je ziet dat ook bij de nieuwe generatie makers: die gaan veel meer de straat op en de wijken in, op zoek naar contact met de mensen. Genres raken ook steeds meer verweven. Kijk wat NITE de laatste jaren maakt. Hoe moet je dat noemen? Daarnaast willen we niet alleen programmeren, maar ook vanuit SPOT produceren. De Wijk De Wereld is daar een prachtig voorbeeld van. We willen meer connectie met de wereld om ons heen. Wat speelt er? Hoe verhouden wij ons als theater tot de dagelijkse realiteit waar de Groningers mee te maken hebben?”

Jantien: “Bij SPOT is wat dat betreft al heel veel beweging. Er is veel innovatie, studenten – van mbo tot universiteit – worden bij de organisatie betrokken, er heerst een hele gave dynamiek. Waar staat onze stad voor? En kom daar vooral over meedenken. Want onze deuren staan open.”
Anneke: Ja, dat elitaire waar jij het net over had is er bij SPOT wel uitgeramd.”

Jantien: “Nou, daar is je droombaan.”
Anneke: “Ja, we zijn rond.”

Interview: Rob Kasteleijn | Foto’s: Ronald Lowijs